beste mensen
ik heb een probleem met mijn taak ik snap er namelijk helemaal niks van
zouden jullie deze taak van vraagstukken oplossen met vergelijkingen voor mij kunnen oplossen?
dit zijn de opgaves
1.je koopt 3 flessen wijn en 2 flessen limonade. je krijgt 805 euro terug van 25 euro. bereken de prijs van 1 fles wijn,als je weet dat deze 3 maal zoveel zoveel kost als 1 fles limonade
2. je denkt aan een getal. je neemt er het vijfvoud van. dat vermeerder je met 24. neem nu het 7 de deel daarvan, welk getal heb je gedacht
3. mijn moeder is 1 jaar ouder dan 3 keer mijn leeftijd. mijn grootmoeder is 11 jaar jonger dan 2 keer de leeftijd van mijn moeder. samen zijn we 112 jaar oud hoe oud zijn we elk?
4.in een voetbalstadion zijn 7910 betalende supporters aanwezig. een standplaats kost 6.25 euro, ene tribuneplaats kost kost 10 euro. het totaal van de kaartjes verkoop bracht 56975 euro op. hoeveel toeschouwers betaalden er voor een standplaats , en hoeveel voor een tribuneplaats?
kunnen jullie de vergelijking voor mij ook oplossen?
ik dank u alvast m.v.g. cecetjee
taak wiskunde
Re: taak wiskunde
je krijgt 805 euro terug van 25 euro ... is dit de juiste opgave?cecetjee schreef:beste mensen
ik heb een probleem met mijn taak ik snap er namelijk helemaal niks van
zouden jullie deze taak van vraagstukken oplossen met vergelijkingen voor mij kunnen oplossen?
dit zijn de opgaves
1.je koopt 3 flessen wijn en 2 flessen limonade. je krijgt 805 euro terug van 25 euro. bereken de prijs van 1 fles wijn,als je weet dat deze 3 maal zoveel zoveel kost als 1 fles limonade
2. je denkt aan een getal. je neemt er het vijfvoud van. dat vermeerder je met 24. neem nu het 7 de deel daarvan, welk getal heb je gedacht
3. mijn moeder is 1 jaar ouder dan 3 keer mijn leeftijd. mijn grootmoeder is 11 jaar jonger dan 2 keer de leeftijd van mijn moeder. samen zijn we 112 jaar oud hoe oud zijn we elk?
4.in een voetbalstadion zijn 7910 betalende supporters aanwezig. een standplaats kost 6.25 euro, ene tribuneplaats kost kost 10 euro. het totaal van de kaartjes verkoop bracht 56975 euro op. hoeveel toeschouwers betaalden er voor een standplaats , en hoeveel voor een tribuneplaats?
kunnen jullie de vergelijking voor mij ook oplossen?
ik dank u alvast m.v.g. cecetjee
Re: taak wiskunde
1&2 laat ik verlopig voor wat het is,
3. jij bent 12 jaar, je moeder 37 en je grootmoeder 63
Maar kan je dit zelf ook oplossen?? hoe zou je dit aanpakken??
3. jij bent 12 jaar, je moeder 37 en je grootmoeder 63
Maar kan je dit zelf ook oplossen?? hoe zou je dit aanpakken??
-
- Vergevorderde
- Berichten: 247
- Lid geworden op: 24 aug 2008, 16:20
- Contacteer:
Re: taak wiskunde
brx geef dan ook niet gelijk het antwoord.
cecetjee kan je bij de derde opdracht de drie lineaire vergelijking opschrijven?
en kan je bij opdracht vier de twee lineaire vergelijkingen op schrijven?
De eerste twee opdrachten mag je even beter formuleren.
cecetjee kan je bij de derde opdracht de drie lineaire vergelijking opschrijven?
en kan je bij opdracht vier de twee lineaire vergelijkingen op schrijven?
De eerste twee opdrachten mag je even beter formuleren.
Re: taak wiskunde
Met het antwoord is hij niets, ik denk niet dat je ook maar iets zal krijgen van punten indien dit een taak is als je enkel het juiste antwoord noteert... En inderdaad maak die eerste 2 beter duidelijkti-wereld.nl schreef:brx geef dan ook niet gelijk het antwoord.
cecetjee kan je bij de derde opdracht de drie lineaire vergelijking opschrijven?
en kan je bij opdracht vier de twee lineaire vergelijkingen op schrijven?
De eerste twee opdrachten mag je even beter formuleren.
Re: taak wiskunde
Het lastige als cecetjee het antwoord krijgt, ze minder snel de moeite neemt om het op te lossen, ze heeft het antwoord. Of hij/zij vindt een uitwerking die als uitwerking niet juist is, maar toevallig op de juiste oplossing komt.
opgave 3: als je de leeftijd van "mij" in opgave 3 c noemt. dan is de moeder 3 keer zou oud als c. verder moest je er dan ook nog 1 bij op tellen. als je de leeftijd van "mij" weet, hoe kan je dan de leeftijd van moeder vinden? Als je de leeftijd van moeder weet, hoe kan je de leeftijd van grootmoeder vinden? Als je de leeftijd van "mij" weet, hoe kan je dan de leeftijd van grootmoeder vinden? Als je dus de leeftijd van mij "c" noemt, kan je twee zogenaamde lineaire vergelijkingen opstellen, een voor de leeftijd van moeder, een voor grootmoeder. je hebt dan 3 vergelijkingen, c wist je al. Als je die vergelijkingen bij elkaar optelt, kan je die dan gelijkstellen aan 112.
opgave 4: stel dat alle 7910 betalende supporters een standplaats kiezen. Hoeveel brengen die supporters dan op? Dat bedrag is niet het bedrag dat de kaartjes verkoop ging opbrengen. Hoeveel euro moet nog bij dat bedrag worden opgeteld om de genoemde opbrengst van €56975,-- te behalen? als 1 speler niet een standplaats kiest, maar een tribuneplaats, hoeveel levert die persoon dan meer op, ofwel hoeveel stijgt de omzet? Hoeveel mensen moeten op de tribune gaan zitten i.p.v. een standplaats kiezen? Hoeveel mensen kiezen uiteindelijk dus die standplaats? Kom je zo verder?
Is het bij opgave 2 de bedoeling dat je weer op hetzelfde getal terugkomt?
opgave 3: als je de leeftijd van "mij" in opgave 3 c noemt. dan is de moeder 3 keer zou oud als c. verder moest je er dan ook nog 1 bij op tellen. als je de leeftijd van "mij" weet, hoe kan je dan de leeftijd van moeder vinden? Als je de leeftijd van moeder weet, hoe kan je de leeftijd van grootmoeder vinden? Als je de leeftijd van "mij" weet, hoe kan je dan de leeftijd van grootmoeder vinden? Als je dus de leeftijd van mij "c" noemt, kan je twee zogenaamde lineaire vergelijkingen opstellen, een voor de leeftijd van moeder, een voor grootmoeder. je hebt dan 3 vergelijkingen, c wist je al. Als je die vergelijkingen bij elkaar optelt, kan je die dan gelijkstellen aan 112.
opgave 4: stel dat alle 7910 betalende supporters een standplaats kiezen. Hoeveel brengen die supporters dan op? Dat bedrag is niet het bedrag dat de kaartjes verkoop ging opbrengen. Hoeveel euro moet nog bij dat bedrag worden opgeteld om de genoemde opbrengst van €56975,-- te behalen? als 1 speler niet een standplaats kiest, maar een tribuneplaats, hoeveel levert die persoon dan meer op, ofwel hoeveel stijgt de omzet? Hoeveel mensen moeten op de tribune gaan zitten i.p.v. een standplaats kiezen? Hoeveel mensen kiezen uiteindelijk dus die standplaats? Kom je zo verder?
Is het bij opgave 2 de bedoeling dat je weer op hetzelfde getal terugkomt?
Stap 1 van het oplossen van een probleem is te erkennen dat je een probleem hebt.
(Raffiek Torreman)
(Raffiek Torreman)