financiële algebra

Heb je een leuke wiskunde puzzel of een mooi vraagstuk gevonden en wil je die met ons delen? Post het hier.
Plaats reactie
wiskundehopper
Nieuw lid
Nieuw lid
Berichten: 1
Lid geworden op: 29 okt 2014, 16:01

financiële algebra

Bericht door wiskundehopper » 29 okt 2014, 16:21

Hallo,

Wij moeten een eindwerk maken over financiële algebra voor wiskunde. Maar we krijgen een paar vraagstukken niet opgelost. Kan iemand ons hier mee helpen?

vraagstuk 1: een bedrag van 34000 euro wordt verdeeld onder 3 kinderen. Op dat moment zijn ze respectievelijk 8, 10 en 14 jaar oud. De kapitalen worden uitgezet tegen 5,10% samengestelde intrest. Op hun 18e verjaardag moeten ze alle 3 hetzelfde bedrag hebben. Hoeveel hebben ze elk gekregen?

vraagstuk 2: twee kapitalen staan uit tegen enkelvoudige intrest. Het ene kapitaal is drie keer zoveel als het andere kapitaal. Na één jaar heeft het kleinste kapitaal 5 euro minder intrest opgebracht dan het grootste. Bepaal de kapitalen als je weet dat het kleinste uitgezet werd tegen 7,9% en het grootste tegen 4%.

vraagstuk 3: stel een aflossingsplan op voor een lening van 110 000 euro tegen 3,55%. De terugbetalingen gebeuren maandelijks gedurende 20 jaar en de maandelijkse termijn is vast. (de eerste 8 rijen volstaan)

arno
Vergevorderde
Vergevorderde
Berichten: 1923
Lid geworden op: 25 dec 2008, 16:28
Locatie: Beek en Donk, Noord-Brabant

Re: financiële algebra

Bericht door arno » 29 okt 2014, 18:48

wiskundehopper schreef:vraagstuk 1: een bedrag van 34000 euro wordt verdeeld onder 3 kinderen. Op dat moment zijn ze respectievelijk 8, 10 en 14 jaar oud. De kapitalen worden uitgezet tegen 5,10% samengestelde intrest. Op hun 18e verjaardag moeten ze alle 3 hetzelfde bedrag hebben. Hoeveel hebben ze elk gekregen?
Veronderstel dat alle kinderen op hun 18e verjaardag hetzelfde bedrag K krijgen. De som van de 3 bedragen, uitgedrukt in K, moet dan 34000 euro zijn.
wiskundehopper schreef:vraagstuk 2: twee kapitalen staan uit tegen enkelvoudige intrest. Het ene kapitaal is drie keer zoveel als het andere kapitaal. Na één jaar heeft het kleinste kapitaal 5 euro minder intrest opgebracht dan het grootste. Bepaal de kapitalen als je weet dat het kleinste uitgezet werd tegen 7,9% en het grootste tegen 4%.
Noem het kleinste kapitaal K, dan is het grootste kapitaal 3K. Bepaal nu van beide kapitalen de intrest na 1 jaar, uitgedrukt in K.
wiskundehopper schreef:vraagstuk 3: stel een aflossingsplan op voor een lening van 110 000 euro tegen 3,55%. De terugbetalingen gebeuren maandelijks gedurende 20 jaar en de maandelijkse termijn is vast. (de eerste 8 rijen volstaan)
Bereken eerst het maandpercentage en stel aan de hand daarvan het gevraagde aflossingsplan op.
"Mathematics is a gigantic intellectual construction, very difficult, if not impossible, to view in its entirety." Armand Borel

Plaats reactie