Hoe los je dit op
Hoe los je dit op
Hoe los je dit op
Bgsin(3X) + Bgtg ( 2X) = Pi/2
Bgsin(3X) + Bgtg ( 2X) = Pi/2
Bgsin(3X) + Bgtg(2X)=pi/2
Sin(Bgsin(3X) + Bgtg(2X))=sin(pi/2)
sin(bgsin(3x)*cos(bgtg 2x)+cos(bgsin(3x)*sin(bgtg(2x)
3x* 1/(sqr(1+4x^2)) + sqr(1-9x^2) * x/(sqr(1+4x^2) = sin(pi/2)
(3x+ x*sqr(1-9x^2))/(sqr(1+4x^2)) =sin (pi/2)
nu kan ik niet meer verder
ben ik ergens gemist?
kan dit simpeler?
greets karel
Sin(Bgsin(3X) + Bgtg(2X))=sin(pi/2)
sin(bgsin(3x)*cos(bgtg 2x)+cos(bgsin(3x)*sin(bgtg(2x)
3x* 1/(sqr(1+4x^2)) + sqr(1-9x^2) * x/(sqr(1+4x^2) = sin(pi/2)
(3x+ x*sqr(1-9x^2))/(sqr(1+4x^2)) =sin (pi/2)
nu kan ik niet meer verder
ben ik ergens gemist?
kan dit simpeler?
greets karel
Bgsin(3X) + Bgtg(2X)=pi/2
Sin(Bgsin(3X) + Bgtg(2X))=sin(pi/2)
sin(bgsin(3x)*cos(bgtg 2x)+cos(bgsin(3x)*sin(bgtg(2x)
3x* 1/(sqr(1+4x^2)) + sqr(1-9x^2) * x/(sqr(1+4x^2) = sin(pi/2)
(3x+ x*sqr(1-9x^2))/(sqr(1+4x^2)) =sin (pi/2)
(3x+ x*sqr(1-9x^2))/(sqr(1+4x^2)) =1
(3x+ x*sqr(1-9x^2))/(sqr(1+4x^2)) -1 =0
(3x+ x*sqr(1-9x^2))/(sqr(1+4x^2)) -sqr(1+4x^2)/sqr(1+4x^2) =0
(3x+ x*sqr(1-9x^2) -sqr(1+4x^2)=0
Beste TD,
met de pa van reetman
ik geraak er ook niet uit, maar m'n wiskunde zit ook al een eindje weg, toch zo'n 25 jaar.
Kun je ons nog een stapje verder helpen ?
Pa Reetman
Sin(Bgsin(3X) + Bgtg(2X))=sin(pi/2)
sin(bgsin(3x)*cos(bgtg 2x)+cos(bgsin(3x)*sin(bgtg(2x)
3x* 1/(sqr(1+4x^2)) + sqr(1-9x^2) * x/(sqr(1+4x^2) = sin(pi/2)
(3x+ x*sqr(1-9x^2))/(sqr(1+4x^2)) =sin (pi/2)
(3x+ x*sqr(1-9x^2))/(sqr(1+4x^2)) =1
(3x+ x*sqr(1-9x^2))/(sqr(1+4x^2)) -1 =0
(3x+ x*sqr(1-9x^2))/(sqr(1+4x^2)) -sqr(1+4x^2)/sqr(1+4x^2) =0
(3x+ x*sqr(1-9x^2) -sqr(1+4x^2)=0
Beste TD,
met de pa van reetman
ik geraak er ook niet uit, maar m'n wiskunde zit ook al een eindje weg, toch zo'n 25 jaar.
Kun je ons nog een stapje verder helpen ?
Pa Reetman
Er zit ergens minstens één rekenfoutje, maar zoeken zal me misschien langer duren dan even netjes opschrijven. Ik ga bij nader inzien de cosinus van beide leden nemen, omdat het rechterlid dan al direct 0 wordt. Met sin gaat het ook, maar dan wordt de vergelijking wat langer.
Stel x² = t en je krijgt een kwadratische vergelijking in t die op te lossen is, ga dan terug over naar x. Je vindt twee oplossingen, waarvan één vervalt: de overblijvende juiste zou dan sqrt(3)/6 moeten zijn.
Voor de volledigheid: de extra oplossing die we vinden voldoet niet omdat we deze invoeren bij een onzorgvuldigheid. Namelijk:
Als er een kwadraat onder een vierkantswortel uitkomt, moet je de absolute waarde nemen. Dat heb ik hierboven voor de eenvoud niet gedaan, maar dit veroorzaakte wel de invoering van die extra oplossing.
Stel x² = t en je krijgt een kwadratische vergelijking in t die op te lossen is, ga dan terug over naar x. Je vindt twee oplossingen, waarvan één vervalt: de overblijvende juiste zou dan sqrt(3)/6 moeten zijn.
Voor de volledigheid: de extra oplossing die we vinden voldoet niet omdat we deze invoeren bij een onzorgvuldigheid. Namelijk:
Als er een kwadraat onder een vierkantswortel uitkomt, moet je de absolute waarde nemen. Dat heb ik hierboven voor de eenvoud niet gedaan, maar dit veroorzaakte wel de invoering van die extra oplossing.