Hoi,
voor wiskunde heb ik nu 2e zit, en ik weet nog 3 vragen die ik had op het vorig examen, op 2/3 denk ik dat ik het antwoord weet maar ik weet dat wel niet zeker, zouden jullie deze oplossingen eens kunnen controleren?
1) Een machine in een bedrijf werkt voor 90% van de tijd goed, als hij goed werkt levert het 95% van de producten die voldoen aan de eisen. (5% voldoet niet aan de eisen) Werkt hij niet, 10% van de tijd, levert hij 80% van de producten af die niet voldoen aan de eisen. (maar 20% voldoet aan de eisen.
a) Reken uit hoe groot de kans is dat de goederen voldoen aan de eisen.
b) Reken uit hoe groot de kans is dat de machine goed functioneert en de goederen voldoen aan de eisen.
oplossing:
a) Goederen voldoen: 0.9 . 0.95 + 0.10 . 20% = 87.5%
b) Goed werken + voldoen: 0.9 . 95% = 85.5%
-------------------------------------------------------------------------
-------------------------------------------------------------------------
De andere oefening is:
Een sportmerk wil een nieuw soort shirt lanceren, maar ze stellen zich vragen bij het model. Daarom ondervragen ze 450 personen. Er blijkt dat 65% hiervan de voorkeur geven aan een mouwloos shirt. Bepaal een 95% betrouwbaarheidsinterval voor de sporters die deze mening delen
oplossing: q=met mouw 35% en p=zonder mouw 65%
E[X]=450.0,65=292.5
sigma=VKW(n.p.q)=VKW(450.0,65.0,35)=10,11
uw betrouwbaarheidsinterval is dan:
292,5 +-(1,96.10,11)
Zijn deze oplossingen juist van de oefeningen?
Ik zou het eigenlijk totaal niet weten omdat die oplossingen er zo eenvoudig uit zien...
Moesten jullie mij kunnen helpen zou dit echt prachtig zijn!
Dank bij voorbaat alvast!