Opgave met vergelijkingen.
Opgave met vergelijkingen.
Hallo,
Ik ben nieuw hier en heb problemen met een bepaalde opgave. Het gaat om een opgave waarbij ik die uitwerking niet begrijp. Ik heb het in dit sub-forum gepost, excuses als ik fout zit.
Opgave:
Een supermarkt heeft een actie waarbij iedere klant bij 15 euro aan boodschappen een punt krijgt. Bij 5 punten kan hij een kinderkaartje krijgen voor half geld voor de dierentuin. Normaliter kost de toegang tot deze dierentuin voorn een volwassene 19.50 en voor een kind 17 euro.
Er zijn echter dagen waarop de dierentuin alleen geopend is voor mensen die via deze actie voor ieder kind dat zij begeleiden een kinderkaartje voor half geld kunnen kopen. Op één van deze actiedagen is voor 24800e aan kaartjes verkocht en staat de teller bij toegangspoort op 2500 mensen die naar binnen zijn gegaan. (de volwassen begeleiders moesten wel het standaardtarief betalen). Hoeveel kinderen hebben tijdens deze actiedag de dierentuin bezocht?
Opzich begrijp ik de manier van oplossen. X + Y = 2500 etc. In het antwoordmodule staat echter één getal waarvan ik niet begrijp hoe men hier aan komt, heeft iemand hier een idee?
Antwoord:
X + Y = 2500
8.50X + 19.50Y = 32800
8.50X + 8.5Y = 21500
8.50X + 19.50Y = 32800
-11y = -11550
y = 1050
Dus: 2500-1050=1450 kinderen.
Kan iemand mij uitleggen hoe men aan die 32800 komt? Ik loop er op vast.
Bij voorbaat dank!
Ik ben nieuw hier en heb problemen met een bepaalde opgave. Het gaat om een opgave waarbij ik die uitwerking niet begrijp. Ik heb het in dit sub-forum gepost, excuses als ik fout zit.
Opgave:
Een supermarkt heeft een actie waarbij iedere klant bij 15 euro aan boodschappen een punt krijgt. Bij 5 punten kan hij een kinderkaartje krijgen voor half geld voor de dierentuin. Normaliter kost de toegang tot deze dierentuin voorn een volwassene 19.50 en voor een kind 17 euro.
Er zijn echter dagen waarop de dierentuin alleen geopend is voor mensen die via deze actie voor ieder kind dat zij begeleiden een kinderkaartje voor half geld kunnen kopen. Op één van deze actiedagen is voor 24800e aan kaartjes verkocht en staat de teller bij toegangspoort op 2500 mensen die naar binnen zijn gegaan. (de volwassen begeleiders moesten wel het standaardtarief betalen). Hoeveel kinderen hebben tijdens deze actiedag de dierentuin bezocht?
Opzich begrijp ik de manier van oplossen. X + Y = 2500 etc. In het antwoordmodule staat echter één getal waarvan ik niet begrijp hoe men hier aan komt, heeft iemand hier een idee?
Antwoord:
X + Y = 2500
8.50X + 19.50Y = 32800
8.50X + 8.5Y = 21500
8.50X + 19.50Y = 32800
-11y = -11550
y = 1050
Dus: 2500-1050=1450 kinderen.
Kan iemand mij uitleggen hoe men aan die 32800 komt? Ik loop er op vast.
Bij voorbaat dank!
Re: Opgave met vergelijkingen.
Dat zal dus 24800 moeten zijn ...
Re: Opgave met vergelijkingen.
Dan zou het dus worden:
X + Y 2500
8.50x + 19.50Y = 24800
Alles x 8.5, wordt:
8.50X + 8.50X = 21250
8.50X + 19.50Y = 24800
-11y = -3350
y = 304.55
Dit lijkt me niet te kloppen aangezien het om personen gaat. Denk je echt dat de docent (het is een tentamen op HBO waarin letterlijk deze vraag staat met dit antwoord) een fout heeft gemaakt? Die 32800 had dus 24800 moeten zijn?
X + Y 2500
8.50x + 19.50Y = 24800
Alles x 8.5, wordt:
8.50X + 8.50X = 21250
8.50X + 19.50Y = 24800
-11y = -3350
y = 304.55
Dit lijkt me niet te kloppen aangezien het om personen gaat. Denk je echt dat de docent (het is een tentamen op HBO waarin letterlijk deze vraag staat met dit antwoord) een fout heeft gemaakt? Die 32800 had dus 24800 moeten zijn?
- meneer van Hoesel
- Vergevorderde
- Berichten: 395
- Lid geworden op: 20 apr 2010, 14:43
- Locatie: Zwolle
Re: Opgave met vergelijkingen.
Gezien de originele uitwerking en het antwoord dat op zulke mooie ronde aantallen eindigt heb ik eerder de neiging te denken dat het bedrag in de vraagstelling fout is.pointer90 schreef:Denk je echt dat de docent (het is een tentamen op HBO waarin letterlijk deze vraag staat met dit antwoord) een fout heeft gemaakt? Die 32800 had dus 24800 moeten zijn?
Maar helaas, op een tentamen heb je niet de mogelijkheid om dat te verivieren en zul je moeten werken met de getallen die je hebt. Je kunt niet anders, tenzij de docent aanwezig is en hem wijzen op de onmogelijke oplossing.
het aantal kinderen is een decimaal getal
het aantal kinderen is heel veel kleiner dan het aantal volwassenen
- erg onwaarschijnlijk
- strijdig met de opgave
- er geldt, 1 volwasene + ieder kind dat zij begeleidenpointer90 schreef:Er zijn echter dagen waarop de dierentuin alleen geopend is voor mensen die via deze actie voor ieder kind dat zij begeleiden een kinderkaartje voor half geld kunnen kopen.
Dus dom door rekenen en je antwoord verdedigen als er puntaftrek het gevolg is.
Het hebben van mooie antwoorden is echter niet meer van deze tijd, vandaag de dag vindt men dat probleemstellingen meer realistisch moeten zijn en komen getallen juist niet mooi uit.
Re: Opgave met vergelijkingen.
Oke, erg bedankt voor het duidelijke antwoord. De manier waarop ik het heb uitgerekend, zowel met 32800 als 24800, zijn wel correct gedaan?meneer van Hoesel schreef:Gezien de originele uitwerking en het antwoord dat op zulke mooie ronde aantallen eindigt heb ik eerder de neiging te denken dat het bedrag in de vraagstelling fout is.pointer90 schreef:Denk je echt dat de docent (het is een tentamen op HBO waarin letterlijk deze vraag staat met dit antwoord) een fout heeft gemaakt? Die 32800 had dus 24800 moeten zijn?
Maar helaas, op een tentamen heb je niet de mogelijkheid om dat te verivieren en zul je moeten werken met de getallen die je hebt. Je kunt niet anders, tenzij de docent aanwezig is en hem wijzen op de onmogelijke oplossing.
het aantal kinderen is een decimaal getal
het aantal kinderen is heel veel kleiner dan het aantal volwassenen
- erg onwaarschijnlijk
- strijdig met de opgave- er geldt, 1 volwasene + ieder kind dat zij begeleidenpointer90 schreef:Er zijn echter dagen waarop de dierentuin alleen geopend is voor mensen die via deze actie voor ieder kind dat zij begeleiden een kinderkaartje voor half geld kunnen kopen.
Dus dom door rekenen en je antwoord verdedigen als er puntaftrek het gevolg is.
Het hebben van mooie antwoorden is echter niet meer van deze tijd, vandaag de dag vindt men dat probleemstellingen meer realistisch moeten zijn en komen getallen juist niet mooi uit.
Re: Opgave met vergelijkingen.
Je kan twijfel bij een opgave laten blijken; antwoord lijkt onwaarschijnlijk omdat..
Dan laat je zien dat je de opgave goed gelezen hebt en begrijpt.
Dan laat je zien dat je de opgave goed gelezen hebt en begrijpt.
Stap 1 van het oplossen van een probleem is te erkennen dat je een probleem hebt.
(Raffiek Torreman)
(Raffiek Torreman)
Re: Opgave met vergelijkingen.
Top! Zal dat zeker gaan doen.
Kan iemand nog een check-up doen of mijn berekening/manier van oplossen juist was?
Kan iemand nog een check-up doen of mijn berekening/manier van oplossen juist was?
Re: Opgave met vergelijkingen.
De manier is goed.
Alleen zou ik wel x en y definiëren, niet in de laatste plaats voor jezelf.
Waarom die getallen verschillen is niet te achterhalen ...
Alleen zou ik wel x en y definiëren, niet in de laatste plaats voor jezelf.
Waarom die getallen verschillen is niet te achterhalen ...
Re: Opgave met vergelijkingen.
X en y definieren? Zou je dat kunnen toelichten? Volg je helaas even niet.
Re: Opgave met vergelijkingen.
Je gebruikt de letters x en y in je verg, wat stellen ze voor?