Drie getallen vormen een rekenkundige rij. Vermindert men het tweede getal met 4 , dan
bekomt men een meetkundige rij waarvan de som van de termen 26 is. Bepaal die 3 getallen.
Ik ben hier zo aan begonnen maar elke tip welkom.
https://imgur.com/a/0HAX1qs
vraagstuk Rijen
Re: vraagstuk Rijen
oplossing gevonden.
Ik post zo dadelijk de oplossing maar ben nog op zoek
naar tips om dit korter/bondiger op te lossen.
Tot zo dadelijk.
Ik post zo dadelijk de oplossing maar ben nog op zoek
naar tips om dit korter/bondiger op te lossen.
Tot zo dadelijk.
Re: vraagstuk Rijen
Hier volgt de oplossing.
Zou dit eenvoudiger kunnen ?
Alle tips welkom. Dank bij voorbaat.
https://imgur.com/a/DVEftwy
Dit zijn 2 bladzijden oplossing. ( scroll down op de link voor 2 de blad )
Zou dit eenvoudiger kunnen ?
Alle tips welkom. Dank bij voorbaat.
https://imgur.com/a/DVEftwy
Dit zijn 2 bladzijden oplossing. ( scroll down op de link voor 2 de blad )
Re: vraagstuk Rijen
Een alternatief:
Uit de rekenkundige rij volgt:
v = x - y = y - z
dus
x - 2y +z = 0 (verg. 1)
De som van de elementen uit de meetkundige rij = 26, dus:
x + (y-4) + z = 26
ofwel
x + y + z = 30 (verg. 2)
Trek verg. 1 af van verg. 2:
(x + y + z) - (x - 2y +z) = 30 - 0
dus
3y = 30
dus
y=10
waardoor (terug naar verg. 1):
x - 20 + z = 0
dus
x + z = 20
ofwel
z = 20 - x (verg. 3)
met y=10 volgt uit de meetkundige betrekkingen:
x = q * (y-4) = 6q
ofwel
q = x/6 (verg. 4)
en
y-4 = q*z = 6 (verg. 5)
Vul vergelijking 3 en 4 in in vergelijking 5:
(x/6) * (20-x) = 6
x * (20 - x) = 36
x^2 - 20x + 36 = 0
(x - 18)*(x-2) = 0
x=18 (en z = 20-x = 2)
of
x=2 (en z = 20-x = 18)
Uit de rekenkundige rij volgt:
v = x - y = y - z
dus
x - 2y +z = 0 (verg. 1)
De som van de elementen uit de meetkundige rij = 26, dus:
x + (y-4) + z = 26
ofwel
x + y + z = 30 (verg. 2)
Trek verg. 1 af van verg. 2:
(x + y + z) - (x - 2y +z) = 30 - 0
dus
3y = 30
dus
y=10
waardoor (terug naar verg. 1):
x - 20 + z = 0
dus
x + z = 20
ofwel
z = 20 - x (verg. 3)
met y=10 volgt uit de meetkundige betrekkingen:
x = q * (y-4) = 6q
ofwel
q = x/6 (verg. 4)
en
y-4 = q*z = 6 (verg. 5)
Vul vergelijking 3 en 4 in in vergelijking 5:
(x/6) * (20-x) = 6
x * (20 - x) = 36
x^2 - 20x + 36 = 0
(x - 18)*(x-2) = 0
x=18 (en z = 20-x = 2)
of
x=2 (en z = 20-x = 18)
Re: vraagstuk Rijen
Hartelijk dank Arie voor deze alternatieve oplossing.
Re: vraagstuk Rijen
Nog sneller als je de middelste term (het tweede getal) m stelt.